de saudade

de saudade
Saudade voor de noordkust van Spanje

woensdag 17 juli 2013

Cephalonia, Zákynthos, Astakos, e.o.

Op weg naar het water.
De tewaterlating om 11.00 uur op dinsdag 25 juni gaat weer prima en we steken gelijk van wal. De vaargeul vanuit Préveza is pal tegen wind en er staat al een fikse deining. We zijn dus gelijk weer in geslingerd. De passage van de brug bij Levkas om 13.00 uur gaat vlotjes, ons doel voor deze eerste nacht is de ankerbaai Tranquil Bay bij Nidri. Heerlijk om weer in het water te liggen, het is gelijk een stuk aangenamer wat temperatuur betreft. Voor de volgende dag wordt bij Cephalonia veel wind voorspeld en bovendien blijkt de toilet niet meer helemaal goed te functioneren. We blijven dus nog een dag waarop Willem de toiletpomp uit elkaar haalt. Deze blijkt flink aangekoekt in de loop van de jaren. Het schoonschrapen is niet zo’n fris klusje maar het lukt om de pomp weer beter te laten functioneren.

De bb laat het afweten, dus Willem roeit Ton en Ingrid naar de boot.
Ons volgende doel is dus Cephalonia. We slaan Fiskardho in het noorden over en hebben een paar heerlijke zeiluurtjes in het kanaal van Ithaka naar Ayios Eufimia. Bij aankomst is daar heel veel wind.  Ton en Ingrid zijn op vakantie op Cephalonia en ze staan ons al op te wachten op de pier van Ayios Eufimia. Hartstikke leuk zo’n ontvangst, maar door de harde wind die ook nog eens dwars op de kade staat durven we het aanmeren niet aan. We gaan voor anker in de ruime baai en Willem pikt Ton en Ingrid met de dinghy op. Op de terugweg slaat de buitenboord motor af dus dat is een fikse roeipartij tegen wind in met 3 personen aan boord. ’s Avonds eten we gezamenlijk in het dorp.
De volgende ochtend is de wind een stuk minder en gaan we aan de kade liggen. De buitenboord motor is gelukkig weer snel gerepareerd. Ton en Ingrid halen ons ’s middags met de huurauto op voor een sight seeing trip. Cephalonia is het grootste Ionische eiland, bergachtig en heel groen door met name statige cipressen en olijfbomen. De Venetianen hebben hier lang overheerst en dat is goed aan de bouwstijl te zien. Bij een zware aardbeving in 1953 is veel verwoest en de herbouw is over het algemeen weer in Venetiaanse stijl gedaan. De rit gaat langs de westkust met o.a. de prachtige stranden van Mirtos en Petani. Via een terrasje in de stad Lixouri belanden we voor het avondeten in het hotel van Ton en Ingrid. Eleni, de eigenaresse, is zeer verguld met ons bezoek. Het hotel ligt prachtig in een natuurlijke omgeving bij het plaatsje Zola, wat toevallig aan de andere kant van de kloof is waar Ayios Eufimia aan ligt. Door die kloof staat er in Ayios Eufimia vaak veel wind, ook als er aan de westkust bijna geen wind is. Zaterdags gaan we gevieren een dagje varen. Er is weinig wind dus op de motor naar een mooie ankerbaai met strandje. Eerst zijn er nog twee motorbootjes maar die houden het snel voor gezien en hebben we de rest van de dag het baaitje voor ons alleen. Heerlijk zwemmen en lunchen op het strandje.
Paradijselijk baaitje op Cephalonia, Ithaka op de achtergrond.
Terug kunnen we deels met ruime wind zeilen. Nadat we weer aan de kade afgemeerd zijn eten we in Sami. Daar is ook een haven, maar deze ziet er veel minder knus uit dan Ayios Eufimia, dus blijven we daar liggen. De volgende twee dagen toeren we over een groot deel van het eiland naar de druipsteengrot Drogarati, het klooster en kasteel van Georgios die beiden op zondag dicht zijn, een wijnproeverij van de lokaal gemaakte frisse witte Robola, de berg Ainos welke met 1.630 meter de hoogste Ionische bergtop is met een mooi uitzicht op Zákynthos en Antissamos beach met een trendy lounge club. We eten een keer in Assos, een knus vissersplaatsje aan de westkust en de laatste avond van Ton en Ingrids vakantie nog een keer in hun hotel. We trakteren Eleni en een aantal andere gasten op twee tangodansjes. Ze vinden het geweldig. Zo hebben we 5 heel gezellige dagen en na de trieste periode rond het overlijden van Willems vader zijn we gelijk in vakantiestemming. Alle dagen heeft Ton ons dus weer veilig thuis gebracht, geen gemakkelijke klus met al die bochten en loslopende geiten op de weg! Ton en Ingrid, ontzettend bedankt.

Vaak geiten op de weg, ook 's nachts! 

Fruitsalade op het strand van Antissamos.
Op dinsdag is het een gekkenhuis in de haven van Ayios Eufimia. Er komen 2 flottieljes binnen, waaronder een Nederlandse, van elk zo’n 15 boten. Daarbij nog de losse vaarders die ook aan de kade willen liggen, het is chaos. De havenmeesters hebben er hun handen vol aan, maar kunnen niet voorkomen dat er een vreemde vogel vlak voor de aan de kade afgemeerde boten gaat ankeren. Hij trekt ons anker los en Willem heeft er een hele toer aan om het weer vast te trekken. We gebruiken nog een dag om de was te doen. De in Préveza gekochte wastobbe heeft 2 scheuren, dat was dus geen beste kwaliteit. We kunnen een steviger exemplaar kopen in de plaatselijke supermarkt.

Het water bij Nisos Pera Pighadi is kraakhelder,
de bodem op circa 10 meter diepte is goed te zien.
We zijn toe aan een mooie ankerplek. Het wordt ten zuiden van Pera Pigadhi, een klein eilandje vlak voor de zuidoost kust van Ithaka. Het is maar 11 mijl en het is er prachtig, met veel kleine strandjes in de baai en geen bewoning. Er is weinig wind maar ’s avonds ontstaat er een vervelende deining uit het oosten. Om die reden vertrekken we de volgende dag naar de vlakbij gelegen baai Ayios Andreas op de zuidpunt van Ithaka. Ook daar is het prachtig met een strandje, geiten op de helling en er is geen deining.




Ayios Andreas, Ithaka.
Zaterdag 6 juli varen we de 30 mijl naar Ayios Nicolaos op de noordoostpunt van Zákynthos. ’s Middags kunnen we lekker zeilen en we zien twee maal kort dolfijnen. In Ayios Nicolaos is een kade, een aantal taverna’s en mini markets, heel veel bootjes om de ‘Blauwe grotten’ te bekijken en de ondernemende Dimitri die zich voordoet als havenmeester. Hij kan gratis water en elektra regelen en bij de familie kun je gratis douchen en de was doen. Uiteraard kun je ook in hun taverna eten, de eerste biertjes zijn er gratis. We waren er graag langer gebleven, maar na terugkomst van het lekkere  eten blijkt er een heel irritante deining in de baai gekomen die de hele nacht aanhoudt. De volgende ochtend ‘vluchten’ we dus maar naar de beschutte haven van Zákynthos stad.
De toeristen zitten tussen de plaatsen waar de schildpadeieren
onder het zand zijn gelegd. 
     
We huren een dag een brommer om wat meer van Zákynthos te bekijken. Zákynthos is een stuk kleiner en veel minder bergachtig dan Cephalonia. Er groeien heel veel olijfbomen, maar cipressen zie je er minder. Eerst tuffen we naar de zuidpunt, daar is een schildpadden opvangcentrum met o.a. een bak met een aantal schattige kleine schildpadjes. Ze proberen de onechte karetschildpad die op de stranden in het zuiden aan land komen om eieren te leggen te beschermen. Op het nabijgelegen strand wordt het probleem pijnlijk duidelijk: er zijn wat stokken in het zand geprikt waar een schildpad eieren gelegd heeft, en daaromheen zitten de toeristen op de ligbedden onder de parasols. Ze hebben nog een lange weg te gaan. Langs een mooie route meer het binnenland in is een leuk dorpje voor een lunchstop en vervolgens via de oostkant van het eiland terug naar de haven.
Klussen in Zákynthos stad. Het nieuwe dekzeil
voor de rubberboot is in de maak.

De rubberboot krijgt een nieuwe jas om deze te beschermen tegen de invloed van de zon. We zijn er de hele dag mee bezig in de snikhete haven, maar het resultaat is naar onze tevredenheid. Nu maar hopen dat het materiaal het een tijdje volhoud. Nog een dag relaxen in Zákynthos stad met een bezoekje aan het Byzantijns museum. Naast iconen en muurschilderingen uit de, door de aardbeving van 1953 vernielde, kerken en kloosters van het eiland hebben ze ook foto’s van vóór en vlak na deze aardbeving. Indrukwekkend.

Vrijdag 12 juli wordt ’s middags een wat meer westen wind voorspeld zodat ons dit een goede dag lijkt om weer noordwaarts te gaan. Ons doel is de mooie en goed beschutte ankerbaai bij het eiland Nisis Petalas vlak bij het vaste land. ’s Morgens hebben we onder de kust van Zákynthos eerst nog wat noordelijke wind, maar verder uit de kust is de wind op. Als we ’s middags in de lijkant van Ithaka komen krijgen we 25 knopen, 6 Bf, uit het noordwesten. Met de zeilen gereefd kunnen we hoog aan de wind de ankerbaai zeilend bereiken. Dat waren een paar enerverende uurtjes. In de ruime ankerbaai liggen zo’n 10 boten en is het heerlijk rustig. We blijven er lekker 3 nachten. Iedere dag vanaf ongeveer 3 uur steekt een flinke thermische wind op, tot 30 knopen, maar dat geeft geen problemen. Afgelopen maandag zijn we de 10 mijl naar Astakos gevaren en liggen we aan de kade van dit leuke plaatsje. Achter de kade liggen allemaal terrassen en ’s avonds wordt er flink geparadeerd. Voornamelijk Griekse toeristen hier en natuurlijk wat bootjesvolk. Willem had een mooie lijn op het oog om te gebruiken als lange achterlijn naar de kant in krappe ankerbaaien, die koste € 0,50 per meter. Toen de verkoper hoorde dat hij 50 meter wilde hebben ging de kiloprijs gelden en hoefde hij maar € 12 af te rekenen! We liggen hier gratis, een halve liter bier kost hier op het terras € 2,- en daar krijg je dan ook nog een schaaltje lekkere mezes (tappa’s s) bij. Er is een strandje vlak bij om te zwemmen en te douchen. Het is momenteel 35 graden, er is weinig wind, wel wat bewolking en we hebben gezellige Nederlandse buren. Kortom, wij houden het hier nog wel even uit!